Deze Europese norm slaat op bescherming tegen regen, wind en kou bij temperaturen hoger dan -5°C. Deze norm specificeert de eisen en beproevingsmethoden toegepast op de materialen en naden van de beschermende kleding tegen de gevolgen van slecht weer (bijvoorbeeld regen of sneeuw, mist en (grond) vochtigheid).
De waterdichtheidsfactor is fundamenteel voor een uitstekende bescherming. De waterdichtheid van regenkleding wordt bepaald door de stof van de kleding. In het symbool is de waterdichtheid aangegeven op de plaats van X met een getal van 1 tot en met 3, waarbij het getal staat voor de klasse. Waterdichtheid wordt gemeten door middel van waterdruk, in de vorm van een waterkolom met een bepaalde hoogte en een bepaalde diameter. De hoogte van de kolom bepaalt de klasse.
Klasse | |
1 | waterkolom van tenminste 80 cm hoog |
2 | waterkolom tussen 80 cm en 130 cm hoog |
3 | waterkolom van tenminste 130 cm hoog |
Klasse 3 geeft hier het beste resultaat weer, dit is de hoogste klasse die kan worden behaald voor waterdichtheid.
EN 343 gebruikt daarnaast een waarde van verdampingsweerstand
Klasse | |
1 | RET-waarde groter dan 40 |
2 | RET-waarde tussen 20 en 40 |
3 | RET-waarde kleiner dan 20 |
Hier geeft klasse 3 de beste resultaten in verband met de balans van transpiratie die kan verdampen doorheen de stof. De bedenking moet gemaakt worden dat indien een stof waterdicht is (klasse 3), de RET-waarde in de meeste gevallen omhoog gaat. Hoewel het hier over gecertifieerde producten gaat, moet men steeds rekening houden met de intensiteit van het werk en dient er een goede keuze gemaakt worden voor de basislagen. De algemene regel geldt: hoe hoger de intensiteit van het werk (meer transpiratie), hoe meer nood aan ademende werkkleding.
Want to experience our products in real life?